De laatste dagen

Leven wij vandaag in de “laatste dagen”?

Er zijn veel boeken geschreven over het onderwerp: leven wij in de laatste dagen? Een onderzoek op internet leert dat er zijn duizenden boeken zijn geschreven. De meeste van die boeken claimen dat wij nu in de ‘laatste dagen’ leven. Maar klopt dat wel?

De Bijbel zegt dat de (eerste) komst van Jezus plaats vond in de ‘laatste dagen’:

“Nadat God eertijds vele malen en op vele wijzen tot de vaderen heeft gesproken had door de profeten heeft Hij nu in deze ‘laatste dagen’ tot ons gesproken door de Zoon, die Hij heeft gesteld tot erfgenaam van all dingen, door wie Hij ook de wereld geschapen heeft.” (Hebreeën 1:1,2)

Ook Petrus stelde duidelijk dat de geboorte van de kerk tijdens Pinksteren in de eerste eeuw plaats vond in de ‘laatste dagen’:

“Want deze mensen zijn niet dronken, zoals gij veronderstelt, want het is het derde uur van de dag; maar dit is het, waarvan de gesproken is door de profeet Joel: en het zal zijn in de ‘laatste dagen’, zegt God, dat ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouden zullen dromen dromen.” (Handelingen 2:15-17)

Petrus zei dat de wonderen die plaats vonden op het Pinksterfeest tekenen waren, dat zijn generatie leefde in de laatste dagen. En dat is meer dan 2000 jaar geleden. Leven wij nog steeds in de laatste dagen? Klopt dat wel? De meeste profetische leraars en predikers verwachten een spoedige wederkomst van Jezus Christus en ze beweren stellig dat we nu leven in de ‘laatste dagen’. Ze zeggen eigenlijk dat de ‘laatste dagen’ sinds de eerste eeuw doorgegaan zijn tot aan deze tijd. Maar een groeiend aantal mensen denken hierover na en stellen vragen bij deze leerstelling.

De uitdrukking ‘laatste dagen’ lijkt meer aan te geven dat het gaat om een betrekkelijke korte periode aan het einde van iets…. Echter de meeste christenen schijnen deze logica niet te kunnen accepteren wanneer je op deze manier de Bijbel interpreteert. Eenvoudigweg omdat ze dat zo niet geleerd hebben. Ze geloven dat Jezus nog niet is teruggekomen in de eerste eeuw, en voor hun geldt dat we nog steeds in de ‘laatste dagen’ leven. Hoe absurd het ook klinkt, we zouden dan al ruim 2000 jaar in de ‘laatste dagen’  leven. En zij die de tweede komst in de toekomst plaatsen hebben eenvoudigweg geen andere optie en bovendien: de meeste christenen geloven dat toch? Ze kunnen en willen het gewoon niet geloven, dus blijven ze vasthouden dat we nu in de ‘laatste dagen’ leven.

Hoewel iemand met een gezond verstand in mijn ogen niet kan geloven dat een periode beschreven als de ‘laatste dagen’ ruim 2000 jaar zou kunnen zijn, zijn er anderen die zeggen dat dit wel degelijk mogelijk is. Misschien zien de mensen die geloven dat we nu in de ‘laatste dagen’ leven iets over het hoofd. Laten we dat eens naar gaan onderzoeken.

Ongeveer 35 jaar na de hemelvaart van Jezus in de eerste eeuw schreef de apostel Johannes het volgende:

“kinderen, het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, zijn er nu ook vele antichristussen opgestaan, en daaraan onderkennen wij, dat het de laatste ure is.” (1 Johannes 2:18)

Als in Handelingen de apostelen de uitdrukking  ‘laatste dagen’ gebruiken en ongeveer 35 jaar later Johannes de uitdrukking het ‘laatste uur’ gebruikt, betekend dat dan niet dat de tijd dichterbij is gekomen? Als we consistent blijven, dan leven we nu nog steeds in het ‘laatste uur’, toch? Laten we eerlijk zijn, we hebben hersenen gekregen en er wordt in de Bijbel gewoon duidelijke taal gesproken. De mensen die geloven dat we nu in de ‘laatste dagen’ leven, moeten ze ook geloven dat de hele wereld nu leeft in de ‘laatste uur’ van de ‘laatste dagen’ sinds de eerste eeuw. Ongelovigen die de Bijbel lezen raken hierdoor in de war, geen wonder dat ze afhaken. Geen wonder dat zelfs christenen in de war raken. Het was het ‘laatste uur’ in de eerste eeuw zei Johannes en als dat het ‘laatste uur’ is geweest, dan is dat allang voorbij. En als we niet meer leven in het ‘laatste uur’, dan leven we ook niet in de ‘laatste dagen’!

En nu komt de vraag op, als we het hebben over de ‘laatste dagen’, waar hebben we het dan eigenlijk over? En als we nu aannemen dat de ‘laatste dagen’ eindigden in de eerste eeuw, wat eindigde er dan in de eerste eeuw? Het oude verbondssysteem kwam ten einde, en dat was geen kleinigheid. God eindigde het 1500-jarig contract met Israël, met de tempel, het priesterschap, de dierenoffers etc., dat alles kwam tot een catastrofaal einde. Ofschoon Jezus het nieuwe verbond aankondigde tussen God en de mensen in de nacht van Zijn kruisiging (Lucas 22:20), zien we dat de oude verbondsrituelen nog steeds werden uitgevoerd door de Joden in de tempel in Jeruzalem, omdat zij het nieuwe verbond afwezen, en zij Jezus als hun beloofde Messias afwezen. Dit zou spoedig en voor altijd beëindigd worden. In Mattheüs 23:38 zei Jezus:

“Zie, uw huis wordt aan u overgelaten.”

God zou voor altijd het oude Mozaïsch contract, het oude verbond verbreken. Dat kwam tot een einde, en dat waren de ‘laatste dagen’ waar in zij leefden, de ‘laatste dagen’ van het oude verbond, geen tempel meer, geen priesterschap meer, geen dierenoffers meer etc., vanaf die tijd stopte dat allemaal. Het boek Hebreeën vertelt ons duidelijk en herhaaldelijk dat Jezus de vervulling was van al die typebeelden en schaduwen van het oude verbond en dat terug te keren naar die oude gebruiken van aanbidding, ‘Godslastering’ zou betekenen. De auteur van brief aan de Hebreeën verklaart in het midden van de zestiger jaren na Christus het volgende:

“als Hij spreekt van een nieuw verbond, heeft Hij daarmede het eerste voor verouderd verklaart. En wat veroudert en verjaart, is niet ver van verdwijning.” (Hebreeën 8:13)

Daar staat het. Binnen het lopende decennium ging dat in zijn geheel in vervulling. In september 70 na Christus werd Jeruzalem met de tempel compleet verwoest, met de grond gelijk gemaakt. Geen steen bleef op de ander, zoals ook door Jezus was voorspeld:

“Voorwaar, ik zeg u, er zal hier geen steen op de andere gelaten worden, die niet zal worden weggebroken.” (Mattheüs 24:2)

Dat was het einde, dat was het einde van de eeuw. Dit was ook de vraag die de discipelen stelden aan Jezus:

“Toen Hij op de olijfberg gezeten was, kwamen zijn discipelen alleen tot Hem en zeiden: zeg ons, wanneer zal dat geschieden en wat is het teken van uw komst en de voleinding der wereld?” (Mattheüs 24:3)

De tweede komst van Jezus zou plaats vinden in de tijd van het beëindigen van de oude verbondseeuw. Niet het einde van de natuurlijke schepping, niet het einde van de planeet aarde, maar het einde van de oude verbondsperiode dat afgesloten werd, het einde van het oude verbondssysteem (het Judaïsme). Het oude verbondscontract tussen God en het volk Israël dat was opgezet om mensen naar God te brengen via dit volk met al hun wetten, feesten en ceremonies (Leviticus) etc., dat allemaal kwam tot een einde in de eerste eeuw, en zo kwamen ook de ‘laatste dagen’ ten einde.

Wij leven niet in de ‘laatste dagen’, eenvoudigweg omdat die periode reeds in de eerste eeuw heeft plaatsgevonden. Jezus was teruggekomen, zoals Hij beloofd had, om de onrechtvaardige Joden te oordelen en om zijn mensen, de uitverkorenen te redden. Hij oordeelde de afvallige Joden in de grote verdrukking, (zie Mattheüs 24:21 en Lucas 21:22), de tempel werd verwoest en sommigen van de discipelen zagen hun redder, precies zo als Hij had beloofd:

“Want de Zoon des mensen zal komen in heerlijkheid zijns Vaders, met zijn engelen, en dan zal Hij ieder vergelden naar zijn daden. Voorwaar, Ik zeg u: er zijn sommigen onder degenen, die hier staan, die de dood voorzeker niet zullen smaken, voordat zij de Zoon des mensen hebben zien komen in zijn Koninklijke waardigheid.” (Mattheüs 16:27,28)

Vandaag de dag geloven de meeste christenen dat Jezus spoedig terugkomt om zijn Koninkrijk op planeet aarde te vestigen, maar Jezus regeert nu vanaf Zijn troon in de Hemel, en niet op aarde.

“Jezus antwoordde: Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld; indien mijn Koninkrijk van deze wereld geweest was, zouden mijn dienaars gestreden hebben, opdat Ik niet aan de Joden zou worden overgeleverd; nu echter is mijn Koninkrijk niet van hier.” (Johannes 18:36)

Als we kijken naar Handelingen 2:29-36, daar verteld Petrus ons dat Jezus de belofte toen en nu vervulde dat Hij voor altijd op de troon van David zal zitten. Petrus verteld ons in Handelingen 2 dat dit was vervuld toen Jezus zat aan de rechterhand van de Vader. Davids aardse troon over het volk Israël was alleen een typebeeld of schaduw van de Hemelse troon van de echte koning Jezus, die over Zijn gemeente voor eeuwig zou regeren. Net zoals de tempel, het priesterschap, het altaar, de dierenoffers, het brood, de feesten, de wetten voor Israël, de rots, het manna, de slang, de boom des levens in het hof van eden, het zijn allemaal afbeeldingen, typen, schaduwen, symbolen van Jezus Christus. Hij is de vervulling van al die typebeelden. Met andere woorden alles gaat over Jezus. In Lukas 24 legde Jezus de Emmaüsgangers alles uit wat er in het Oude Testament over Hemzelf was opgeschreven. Davids troon over de aardse natie was alleen maar een symbool van de eeuwige Hemelse troon over het volk van God. En zoals we veel zien in het Oude Testament, de natuurlijke symboliek om God te aanbidden, waren eigenlijke beelden van Jezus en dat is ook waar het in het boek Hebreeën om gaat. Het natuurlijke komt eerst en wijst naar het geestelijke; eerst het natuurlijke, daarna het geestelijke. 1 Korinthiërs 15 zegt dat we eerste een natuurlijk lichaam krijgen, daarna het Hemelse geestelijke lichaam.

Hebreeën verteld ons ook dat we nooit meer terug kunnen gaan naar de aardse tempel, de dierenoffers etc… We kunnen daar niet naar teruggaan omdat Jezus eens en voor altijd is geofferd! Hebreeën zegt dat als we dat wel doen, wij het bloed van Jezus vertrappen. Daarom moeten we ook niet denken dat er een toekomstige Bijbelse tempel gebouwd gaat worden waar wij naar terug moeten. Dat leert de Bijbel niet. Het natuurlijk Israël was alleen een typebeeld van Gods eeuwig volk, de gemeente van Jezus Christus. Jacobs naam was veranderd in Israël, wat eigenlijk betekent regeren met God. En niet iedereen van ‘Israël’ was ‘Israël’, het nieuwe testament is daar duidelijk over: Romeinen 2:28-29; 9:6 en Gelaten 6:15. De stad Jeruzalem was het typebeeld van de gemeente van Jezus Christus van alle naties en alle steden, allen die God aanbidden in geest en waarheid. Dit is ook wat Jezus zei tegen de vrouw bij de put in Johannes 4: “de tijd komt en is nu, dat het niet uitmaakt in welk gebouw, of welk huis je de Vader aanbidt in geest en in waarheid”, want het oude is voorbij gegaan, het nieuwe was komende. Dus Jezus kan niet regeren op aarde! Hebreeën 8 is hier zeer duidelijk over. Als Jezus hier zou regeren op de planeet aarde kan Hij geen priester, pleitbezorger, of middelaar zijn tussen God en de mensen. Kijk maar eens wat Hebreeën er over zegt:

“Indien Hij nu op aarde was, dan zou Hij niet eens een priester wezen, daar er hier reeds zijn om volgens de wet de gaven te offeren. Dezen verrichten slechts dienst bij een afbeelding en schaduw van het hemelse, blijkens de Godsspraak, die Mozes ontving, toen hij de tabernakel zou gereed maken. Zie toe, zegt Hij immers, dat gij alles maakt naar het voorbeeld, dat u getoond werd op de berg. Nu echter heeft Hij een zoveel verhevener dienst verkregen, als Hij de middelaar is van een beter verbond, waarvan de rechtskracht op betere beloften berust. Want indien dat eerste onberispelijk ware geweest, zou er geen plaats gezocht zijn voor een tweede.” (Hebreeën 8:4-7)

Nu begrijpen we ook waarom de schrijver van Hebreeën doorgaat in hoofdstuk 12, dat de christenen in de eerste eeuw aan wie hij schrijft, reeds leefden in het nieuwe Jeruzalem.

Hebreeën 12: 25 e.v.. zegt dat ze al leefden in het hemelse Jeruzalem, het nieuwe Jeruzalem uit Openbaring 21 en 22 en de schrijver van Hebreeën gaat door het hemelse Jeruzalem de ‘gemeente’ te noemen. De schrijver zegt tegen de Hebreeuwse christenen, jullie zijn niet alleen gekomen naar het hemelse Jeruzalem maar naar de berg Sion; wat hij eigenlijk zegt is dat jullie gekomen zijn naar de plaats van vervulling van al die Oude Testament profeten die zeiden dat op een dag al de volken zouden optrekken naar de berg Sion om daar God te aanbidden met zijn Zoon en met eeuwige vreugde. De schrijver zegt tegen de Hebreeuwse christenen in de eerste eeuw dat al deze oude messiaanse profetieën vervuld werden in hun dagen. En dit komt precies overeen met wat Jezus zei in Lucas:

“want dit zijn de dagen van vergelding, waarin alles wat geschreven staat, in vervulling gaat.” (Lukas 21:22)

Ze leefden toen, in die tijd, in Jeruzalem, op de berg Sion. Maar het geestelijke heeft nu de plaats ingenomen van het aardse, het ware neemt de plaats in van het symbolische, het koninkrijk van Jezus Christus neemt de plaats in van het theocratische koninkrijk van God, de aardse Israël. En nu kunnen alle volken het koninkrijk van God binnen gaan, dit nieuwe koninkrijk, onder het nieuwe verbond, gescheiden van het natuurlijke Israël. Sinds 70 na Christus is het natuurlijke Israël niet meer het representatieve volk van God. De gemeente van Jezus Christus is nu het ‘Israël’ op aarde, onder het nieuwe verbond, een eeuwig durend verbond:

“Hem zij de heerlijkheid in de gemeente en in Christus Jezus tot in alle geslachten, van eeuwigheid tot eeuwigheid! Amen.” (Efeziërs 3:21)

Jood en heidenen voor altijd samen (niet te verwarren met de vervangingstheologie, de kerk heeft Israël niet vervangen). Alles nieuw gemaakt in Hem. Maar helaas, veel christenen leven in de veronderstelling dat Jezus spoedig terug komt, ze leven in een fantasiewereld, ze lopen twee duizend jaar achter. De tweede komst is een gepasseerd station, en nergens in de Bijbel lezen we over een derde komst.

Vraag: hoeveel uur is het nu geleden dat Johannes zei: dit is het laatste uur? Als we beginnen in 70 na Christus tot heden, zitten we al snel op een dikke 17 miljoen uur……